Zondag 22 september zijn de tweedejaars begonnen met het vak Recht. Vier gastdocenten bezochten de weekendschool. We spraken met een rechter, een officier van justitie, een advocaat en een medewerker van Bureau Halt. Zij vertelden over hun beroepen en beantwoordden de vragen van de groep. En vragen waren er volop!
Iedereen verdient een eerlijke rechtszaak
De rechter en de officier van justitie werden het hemd van het lijf gevraagd. “Heeft u wel eens iemand straf gegeven die het eigenlijk niet verdiende?” en “wordt u wel eens boos op criminelen?” Zij vertelden dat het soms wel heel moeilijk is ‘onpartijdig’ te zijn in een zaak. “Maar omdat iedereen een eerlijke rechtszaak verdient, mag een rechter zich niet laat leiden door emoties of persoonlijke meningen.”
“Als je het slachtoffer of de verdachte kent, moet je een andere rechter vragen voor de zaak”, aldus de rechter. Een rechter volgt het Nederlandse wetboek en deelt alleen een straf uit als de verdachte volgens het bewijsmateriaal schuldig is.
In het andere lokaal vertelden een advocaat van advocatenkantoor NautaDutilh en een medewerkster van Bureau HALT over de andere kanten van het vak recht.
Bureau HALT
De gastdocente van Bureau HALT vertelde over de kinderrechter en de verschillen tussen taak- en leerstraffen. Ze vroeg de groep: “Stel, je doet per ongeluk iets verkeerds, ga je dan naar Bureau HALT of de kinderrechter?” Daarover waren de meningen verdeeld. Uiteindelijk werd gekozen voor de kinderrechter. Die geeft namelijk alleen straf aan kinderen die écht iets strafbaars hebben gedaan.
“Als je per ongeluk een bal door een ruit schopt krijg je geen straf van de kinderrechter, misschien moet je wel een nieuwe glasruit betalen”, zei een van de leerlingen. “Bij Bureau HALT krijg je dan sowieso een straf.” Daar kom je alleen terecht als je écht iets strafbaars hebt gedaan zoals winkeldiefstal of vernieling.
Pleidooi
De gastdocent van NautaDutilh leerde lichting 8 een ‘pleidooi’ schrijven voor een rechtszaak. Gekleed in zijn toga legde hij de casus uit: Joris had de Nintendo DS van Ibrahim kapot laten vallen op het schoolplein. Wie is schuldig en wie moet betalen? De groep werd opgedeeld in twee teams. Als echte advocaten bedachten beide teams waarom Joris wel of niet schuldig was. En als Joris schuldig was, welke straf moest er dan worden geëist? Of was Ibrahim zelf schuldig? Had hij zijn DS niet mee moeten nemen naar school? Lastig, zo’n pleidooi.
De dag was te kort!
Aan het einde van de les waren veel leerlingen het erover eens: de dag was te kort! Sommigen vonden het zelfs jammer dat de les niet langer duurde, “dan hadden we nóg meer vragen kunnen stellen!”
(De onderste vier foto’s zijn gemaakt door Annechien Daalderop)