‘Ik weet al vanaf groep drie dat ik kinderarts wil worden! Juf wat doet een kinderarts eigenlijk?’ vraagt Lily aan gastdocente Fatma. Fatma is arts op de spoedeisende hulp in het Albert Schweitzer ziekenhuis.
Geneeskunde is het vak waar het grootste deel van de eerstejaars al het hele jaar naar uitkijkt. Zo weten Lily en Madja het nu al zeker: “Ik word later arts!”.
‘Wat verdient een arts?’ vraagt Lily met een blik vol verwondering. Fatma begint te lachen en zegt: ‘Als je arts wil worden voor het grote geld moet ik je toch écht teleurstellen! Als je klaar bent met de opleiding geneeskunde ben je basisarts. Je verdient dan rond de 2000 euro en moet heel hard werken. Wil je meer verdienen moet je je specialiseren. Dit betekent dat je nog verder moet studeren.’ Lily kijkt teleurgesteld en vraagt: ‘Maar wat kan ik verdienen als ik mij zou specificeren?’ ‘Een cardioloog studeert na zijn opleiding geneeskunde nog 6 jaar. Als hij klaar is met zijn studie kan hij tussen de 5.000 en 10.000 euro verdienen,” gaat Fatma verder. Lily geeft Madja een boks, terwijl ze enthousiast ‘yes’ door de klas roept.
Maar geneeskunde is natuurlijk meer dan het beroep arts. Gipsverbandmeester Peter nam de leerlingen mee in de wereld van gips en botbreuken. ‘Een onderarmbreuk is een van de meest voorkomende botbreuken,’ vertelt Peter terwijl hij het ingipsen op La Shendaly demonstreert. ‘Wie wil het proberen?’ Wederom veel vingers en enthousiast gaan de leerlingen aan de slag met ingipsen. Alle leerlingen besloten ook met een gegipste arm naar huis te gaan en smeden wilde plannen over de verklaring van hun gips. ‘Ik zeg op school dat ik van mijn fiets ben gevallen. Dan hoef ik morgen lekker niet mee te doen met judo!’ zegt Daniel met een glimlach van oor tot oor.
